Het Gentse altaar, ook bekend als het „Altaar van het Lam Gods“ of simpelweg „Het Lam Gods“, is een van de belangrijkste kunstwerken uit de Vlaamse kunstgeschiedenis. Dit meesterwerk bevindt zich in de Sint-Baafskathedraal in Gent en werd gemaakt door de broers Hubert en Jan van Eyck. Het wordt beschouwd als een van de grootste en best bewaarde werken van de oude Nederlandse schilderkunst.

Geschiedenis en Ontstaan

Het Gentse altaar werd tussen 1420 en 1432 voltooid. Er wordt aangenomen dat Hubert van Eyck het altaar begon, en na zijn dood voltooide zijn jongere broer Jan van Eyck het werk. Het altaar werd oorspronkelijk gemaakt voor de Vijd-kapel in de Sint-Baafskathedraal en werd geschonken door de rijke Gentse burger Joos Vijd en zijn vrouw Elisabeth Borluut.

Opbouw en Iconografie

Het Gentse altaar is een veelluik, bestaande uit twaalf panelen die rijkelijk beschilderd zijn en kunnen worden geopend. In gesloten toestand toont het altaar een aankondigingsscène met de annunciatie aan Maria, de stichters Joos Vijd en Elisabeth Borluut, evenals een voorstelling van profeten en sibillen.

In geopende toestand toont het altaar zijn volledige pracht. Het centrale paneel toont de „Aanbidding van het Lam Gods“, een symbolisch beeld van de verlossing door Christus. Dit centrale beeld wordt omringd door verschillende scènes die het hemelse Jeruzalem, heiligen, engelen en profeten afbeelden.

Bijzonder opmerkelijk is de nauwkeurigheid en realistische weergave van de figuren, wat kenmerkend is voor de kunst van de gebroeders Van Eyck. Elk figuur, elk landschap en elk object is met grote precisie uitgevoerd, waardoor het altaar een meesterwerk van de vroege renaissance is.

Betekenis en Invloed

Het Gentse altaar heeft een enorme invloed gehad op de kunstgeschiedenis en wordt beschouwd als een mijlpaal in de ontwikkeling van de Europese schilderkunst. Het gebruik van olieverf, de diepte van de kleuren, het lichtspel en de gedetailleerde uitvoering waren revolutionair en hebben de Vlaamse schilderkunst blijvend beïnvloed.

Restauraties en Lotgevallen

Het altaar heeft in de loop der jaren veel beproevingen doorstaan. Tijdens de Reformatie, de Napoleontische oorlogen en ook tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het altaar meerdere keren gedemonteerd, gestolen of verborgen om het te beschermen tegen vernietiging. Een paneel van het altaar, „De rechtvaardige rechters“, werd in 1934 gestolen en is tot op heden spoorloos. Het is vervangen door een kopie.

In de 20e en 21e eeuw is het Gentse altaar meerdere keren gerestaureerd om de kleuren en details opnieuw te laten schitteren. Deze restauraties hebben bijgedragen aan het behoud van dit kunstwerk in zijn oorspronkelijke glorie.

Huidige Betekenis

Het Gentse altaar trekt jaarlijks duizenden bezoekers uit de hele wereld aan. Het is niet alleen een hoogtepunt van religieuze kunst, maar ook een symbool van de culturele bloei van Vlaanderen in de 15e eeuw. Een bezoek aan het altaar in de Sint-Baafskathedraal biedt een unieke kans om dit meesterwerk van de kunstgeschiedenis van dichtbij te bewonderen en de diepgaande symboliek en schoonheid van de Vlaamse schilderkunst te ervaren.

QR Code